zondag 2 april 2017

Wetenschap

Hein Tunnissen
Wetenschap

Helaas, moet ik zeggen, hebben de meeste slotcarracers weinig op met wetenschap. Ze houden niet van bronvermelding en voetnoten, ze hebben geen kaas van statistiek gegeten en ze stellen geen vragen. Dat laatste is de kern van de wetenschap: Blijf vragen! Resteert ongefundeerd lullen. Tja! En wat moeten we daarmee? Hengeltje geven?

Amazingslotcarracing te TE telt leden die niet zomaar alles aannemen. Zo viel het Marcus Aurelius op dat er enorm wordt gezwetst over de bijzondere laag die zich na enige tijd afzet op de baan aan weerszijden van het slot. Slijpsel, rubberdeeltjes, olie, vet, huidsplinters, plestics en dat alles in een grauw-zwarte mix. Nu zijn er clubs die het een doodzonde vinden die smerige smurrie weg te poetsen, andere helden van de baan (n’importe welke) poetsen zich iedere week een breuk om de boel wat schoon te houden. Zij beweren dat zij daarmee de grip verbeteren, in tegenstelling tot de viespeuken.

Zou er nu een wetenschapper onder ons zijn, dan hadden wij dit probleem niet omdat zonder verder te luisteren een onderzoek zou worden gestart naar het antwoord op de vraag: Welke baan is beter en waarom? Marcus die niet helemaal toevallig de Duitse taal goed machtig is, schreef een fabrikant van wat aparte banen en legde bij hem de vraag op tafel. Het duurde enige tijd voor het antwoord kwam, maar dat was te wijten aan ziekte. De baan met de allerbeste grip is de allergladste baan zonder enige vervuiling, in het meest ideale geval een baan van knoerthard plexiglas, gewreven als een spiegel.

De vraag was opportuun omdat wij de baan juist daarvoor opnieuw geschilderd hadden en ook extra geschuurd. Daarmee was het eindresultaat duidelijk anders dan voorheen, namelijk spekglad. Wij, domme Drentegaren, ervoeren dit als een verbetering. Hetgeen in de ogen van een toevallige passant kletskoek was. De beste grip werd verkregen met een speciale betonverf in de juiste kleur. Die kleur was voor ons wel een puntje, want de oude verf die wij eerst hadden rondgesmeerd bleek niet meer leverbaar en de nieuwe verf week tinten af. Echt een heel ander gezicht. Desondanks oordeelden wij het resultaat al meteen na de eerste rondjes over de maagdelijke baan als ‘voortreffelijk’.

Hoewel wij ook vinden dat hiermee het wetenschappelijke bewijs niet echt is geleverd, vinden wij het wel vreemd dat iedereen op zijn eigen manier stug door blijft prutsen, zonder zich af te vragen of die handelwijze wel juist is. Deze vraag is evenzeer van belang bij de preparatie van de wagens. Ons is opgevallen dat met name de 24-rijders een kar vol dogma’s hebben die zo zijn omdat zij zeggen dat ze zo zijn. Een argument hoor je nooit en een vraag daaromtrent wordt al gauw afgewimpeld als dom. Ik leg daarom een eenvoudige vraag op tafel, uitgaande van een normale kwestie. Enerzijds een 32-voertuig, anderzijds een 24-bolide.

Op het oog is er verschil in grootte, hetgeen ook de bedoeling is. Maar er zou geen verschil mogen zijn in de drift om te deslotten en die is er wel. De 24-bolides lijken meer op ouderwetse magneetauto’s die ook wel over het plafond kunnen rijden. Een algemeen verschil moeten we hierbij goed in de gaten houden en dat is het onderstel. Bij 32-voertuigen van plastic, bij 24 meestal van metaal. Zou het niet gewoon een kwestie van natuurkunde zijn die zich vrij eenvoudig laat ontleden met behulp van een aantal vectoren? Zou het niet zo zijn dat het gewicht van een 32-body om en nabij 45 procent van het totale gewicht bedraagt, tegen 55 procent (u volgt dit nog?) voor het chassis, waarbij die waarden voor een 24-er veel verder uit elkaar liggen? Laten we gemakshalve zeggen 25 versus 75. Hoe is dat, deze queeste?

Ik kwam op dit idee doordat ik een 32-body voorzag van een Plafit Super 32 onderstel, bijna zoals je een boterham dubbel slaat. Ik bedoel: veel kunstig knutselwerk kwam er niet aan te pas. En hoewel het autootje een stuk kleiner is als zo’n dikke brontosaurus, rijdt het vergelijkbaar. Bijna volgas door bochten en niet de minste neiging om uit het slot te komen. Dus naar het lab, onderzoeken en dan de kwestie met een dissertatie naar behoren afronden. Weg met de kerels die steeds maar weer kakelen: “Jaah, nou, ik denk ....!” Hou toch op zeg, met dat wijvengelul! Ga dan maar vissen!  

4 opmerkingen:

  1. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ben erg nieuwsgierig naar dat vectorenverhaal. Volgende aflevering? Graag wel kwantificeren. Hier een eerste aanzet; http://jbgoodracing.blogspot.nl/2011/06/een-slotcar-in-de-bocht.html

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Welnu, Hein je vind mijn auto's erg zwaar. Dat komt omdat op de bodemplaat lood ligt tbv de stabiliteit.
    Als mijn kapje te licht is bevonden voor de classic cup, probeer ik bij wijze van spreken op de portier drempel ballast te plaatsen ver BENEDEN de wielassen.
    Bron: Alphons-P

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Opzich vind ik vissen niet vervelend, de gedachte aan een met etenswaren gevulde koelbox, zittend in een comfortabele luie stoel ver van eenieder die huishoudelijke klusjes zou kunnen verzinnen, alleen dat gedoe met die hengel en die ongewassen, lees vieze, beesten die zich op een of andere wijze willen verbinden met het haakje, dat vind ik niks! Dus ga ik liever naar het circuit te Zandvoort, zelfde stoel, zelfde koelbox, maar geen vissen. Met als nadeel dat zittende in die luie stoel alle wereldproblematiek uitgebreid besproken en opgelost wordt, bij vissen waant men zich meer in de stiltecoupe van NS, daar moet de laadklep dicht blijven, geen geluid mag ontsnappen, een beproeving voor een kletskous, dat zeg ik je! Om kort, to the point, toch iets te zeggen over het wegdek had ik dus wel een korte inleiding nodig die niet verward moet worden met gezwam in de ruimte, hoewel het dat misschien wel is. Maar goed, dat wegdek dat houdt verband met de banden, rubber banden op een zeer gladde baan is als een auto op een ijsbaan, goed voor verzekeraar en schadeherstelbedrijf, maar de rondetijden lijken nergens naar. Met een juist hoeveelheid vuil is daar plotseling grip. Bij het Souterrain circuit van Marc S, die hier vast wel genoemd wil worden, rijden we met Ortmann banden, van hoogwaardige siliconen, die veel grip leveren op een spiegelgladde schone baan. Het hangt dus van de banden af! Dat zal hetzelfde zijn voor de 1/24 bolides, hoewel die weer zwaarder zijn en er dus allerlei vectoren net anders zijn! Hachelijk?

    BeantwoordenVerwijderen