zondag 25 januari 2015

Bloedblaar



Hein Tunnissen
Bloedblaar
Werd ik op een dag door oom agent aangehouden met mijn Puch (badkuipstuur, 32mm uitlaat, 17 mm Encarwi, verstelbare sproeier, 14-tands pinion) en nog zowat spulletjes uit de winkel van Cor Schoppema om het ding te tunen. Nee, die 75 km/u buiten de bebouwde kom was niet het punt voor de platte pet; het ging druiloor om die bloedblaar op het witte deel van het achterspatbord. Na minutenlange studie bleek daar geen NL op te staan. “Aan de kant dat ding!” Het was toen dat ik mijn vertrouwen in de Nederlandse overheid verloor. Een groot rood, plat en vrolijk achterlicht dat niet deugt omdat er geen NL op staat! Met verbazing keek ik naar de driewielers die wel de weg op mochten, zoals de Heinkel en de roemruchte Messerschmitt, in feite een bommenwerper zonder vleugels uit het Hitlertijdperk. Nog gekker werd het met de Reliant Robin uit good old England. Een volkomen bespottelijk autootje (mr. Bean, Top Gear) dat al omviel als je er met één vinger naar wees.
Helaas, moet ik toegeven, is een slotcar al even belachelijk. Het is namelijk ook een soort van driewieler. De voorwielen doen er helemaal niet toe, sterker nog je hebt er alleen maar last van. Dat is bedacht door de techneuten die er echt verstand van hebben en zij introduceerden daarvoor het begrip ‘zero grip’. Je kunt zelfs speciale bandjes kopen die op de slotracebaan helemaal geen houvast vinden, zodat de geleider niet in zijn baan wordt gehinderd. Een beetje logisch is het wel, want voorwielen met grip kunnen de slotcar in de bocht zomaar rechtuit duwen, want ze zijn star bevestigd. Geen stuuras! Soms zweven ze zelfs een fractie boven de baan. Ai, ai, ai de vergelijking met de Robin moge duidelijk zijn.
In ruil voor een paar knappe zwarte laklaarzen tot boven de knie met een kittig hakje, type stiletto, kreeg ik van mijn vrouw een nog halfgevuld flesje blanke nagellak, te gebruiken als toplaag over gekleurde nagellak of als finishing touch om de eigen afwashandjes nog een air van glanzende verzorging te geven. Mijn vrouw sprak wijs: “Ook leuk voor jou!”, daarmee op de laarzen doelend, maar het gold evenzeer voor de nagellak. Er valt een wedstrijd mee te winnen.
Zero grip-bandjes kun je heel goed zelf maken met super glue, de welbekende secondelijm van Lidl. Met geduld laagje voor laagje opbrengen in de hoop dat je niet de carrosserie raakt of je vingers vastplakt aan de velgjes. Gelukkig valt een beter resultaat te behalen met blanke nagellak (Hema, Action, V&D). Ook nu laag voor laag opbrengen en tussentijds, biertje in de hand, goed laten drogen. Ik heb zo een erg leuke avond gehad, omdat mijn vrouw onderwijl op haar nieuwe laarzen door de kamer liep. Op stiletto’s paraderen is ook een kwestie van grip zoeken, zo zag ik wel.
Een klein potje is genoeg; al snel kun je er de rest van je leven mee toe zodat je rustig kunt stellen dat je een goede deal met je vrouw heb gemaakt. Gelukkig heb ik in de loop der jaren een hele zwik slotcars verzameld, zodat mijn vrouw heel wat avonden de catwalk heeft gedaan, terwijl ik dan weer rustig zat te wachten tot de boel weer voldoende was gedroogd om een nieuw laagje op te brengen. Zij had er ook wel schik in: Banden lakken? Laarzen aan! Daarna het normale echt genoten ritueel van openhaard, fles wijn erbij, happie-snappie etc. De rest mag u zelf verzinnen. Moraal van dit verhaal: slotcarracen had menig huwelijk kunnen redden, mits op tijd lid geworden van een club. Racen is investeren en vooruitzien!




zondag 18 januari 2015

Ballemans

Hein Tunnissen


Ballemans

Mannen met ballen worden altijd een beetje narrig als er aan de borreltafel over elektrisch autorijden wordt gesproken. Nu is dat helemaal een heikel punt sinds de nieuwe staatssecretaris voor Belastingzaken, Wiebes, de rommel moet aanharken die Limboman Weekers achterliet. Nu ik dit schrijf, liggen er al drie autobelastingplannen op zijn tafel om twee dingen te bereiken: meer belastinggeld innen en secundo, het milieu een beetje redden zonder er iets voor te doen. En vooral geen maatregelen nemen die de kiezer niet leuk vindt.
Het draait natuurlijk allemaal om de leaseauto. Gewoon een ding om de buurman de ogen mee uit te steken, maar die je het liefst in brand zou willen steken in de laatste weken van maart. De bijtelling. De VVD is niet zo van de belasting en al helemaal niet als het om de auto gaat, maar men begrijpt onderhand ook wel dat het linkse gezeik over het milieu een beetje serieus genomen moet worden, wil je met de verkiezingen niet helemaal weggeblazen worden door Wilders. Want die charlatan maakt daar tuurlijk meteen een issue van als zijn oude vrinden dat onderwerp laten liggen.
Lastige kwestie voor de Wiebel dus.
Mannen met echte ballen, zoals ik, zijn gek op elektrische auto’s. Ik heb zo een Mosler, een Audi R18 (Le Mans 1998, 1999, 2000, 2002, 2003, 2004, 2005, 2006, 2007, 2008, 2009, 2010, 2011, 2012, 2013 en 2014). Een Peugeot (Le Mans 2001) heb ik helaas nog niet. Wel een stelletje Méganes RS en een hoorndolle Clio (Renault Sport) een juweel van een Jaguar, een Porsche Carrera en zelfs een Meklaren en een Viper. Allemaal elektrisch en dus beschikkend over een dodelijk koppel in de range van nul tot 25.000 tpm. Iets, waar een ouderwetse verbrandingsmotor alleen maar van kan dromen. De acceleratie is zo ongekend raketsnel dat het tijd wordt dat de overheid zich daarover eens het hoofd breekt, want als iedereen uiteindelijk elektrisch gaat rijden dan zijn de rapen gaar. Invoegstroken kunnen de helft korter en claxons moeten met decibellen teruggeschroefd worden, want al dat getoeter slaat natuurlijk helemaal nergens op. En wat moeten we in godsnaam met al die geluidsschermen?
Nu het al vaststaat dat het rond 2100 afgelopen is met de fossiele brandstoffen raad ik iedereen aan (om alvast te wennen) lid te worden van een slotracecarbaanclub in Nederland. Er zijn er genoeg. Nu kun je nog zonder wachttijden ervaring op doen en op je gemakkie je rondjes draaien, maar dat wordt wel anders. Juist omdat elektrisch rijden zo enerverend is. Het moge duidelijk zijn dat de spanning op schaal 1:32 evenredig toeneemt als het om schaal 1:1 gaat.
Wij van Amazingslotcarracing te TE, begrijpen dan ook niet goed dat iedereen zomaar zonder licentie in Tilburg een Tesla kan gaan kopen. Levensgevaarlijk! Qua uiterlijk lijkt die Tesla ook al heel erg op de onverslaanbare Mosler waarmee wij wekelijks trainen en je moet er niet aan denken wat er allemaal kan gebeuren als Jan Ballemans met zo’n ding de weg op gaat. Dan kan die Zwarte Piet van de Slechtste Chauffeur van Nederland, John Williams, maar beter over een nieuw format na gaan denken. Wat er in dat programma voorvalt, is werkelijk helemaal niets vergeleken met wat ons dan te wachten staat. Wij van Amazingslotcarracing weten dat als geen ander.

maandag 12 januari 2015

Max




Max


Hein Tunnissen
 Op Tweede Kerstdag reden wij voor de grap naar Lauwersoog om aldaar scheep te gaan richting Schiermonnikoog. Eenmaal daar bleek dat Bert Visser ons was gevolgd, want hij fietste met rode schoenen gezellig door het dorp. Mijn vrouw schrok zich een hoedje, want die wist wat ik had geschreven nadat zij wat over deze komiek had gezegd. Enfin, dat was de tweede schrik want eerder die ochtend verlieten wij in potdichte mist de N33 en de beschaving richting Roodeschool en, jawel, wij waren meteen in Poetin-Siberië. Sneeuw en ijs op de weg of het een ijstaart was! Tammo*), je kon het asfalt nauwelijks meer kon zien!

Nu is een beetje slotbaancarracer daar natuurlijk niet van onder de indruk, want wij (lees: Markus) poetsen onze baan altijd alsof het een herfstappeltje is dat je toe moet glimmen in de late avondzon. Wat glad? Flauwekul dus en terwijl mijn vrouw het portier nog steviger vastgreep, probeerde ik het ritme te pakken te krijgen dat ik soms ook op onze baan te TE ineens in de vingers heb. Iets gas terug en licht slippend door de bocht en dat meteen weer het gas vol er op zodat de auto gripzoekend ietsje achterover komt door het acceleratiegeweld om er daarna als een speer over het rechte stuk vandoor te gaan. Mijn vrouw vond dat het veel te hard ging. Maar dat viel nogal mee, want de turbo kwam er eigenlijk nauwelijks aan te pas toen we na Usquert en Warffum richting Baflo zoefden. Mooi hoor, relaxt in zes en dan flinke rooie cijfers op de klokken op het dashboard. En dat in Baflo of all places!

Omdat ik toch niks beters te doen had (dat heb je met die moderne auto’s) zat ik wat te mijmeren over de Speedchecker annex Testbaan die ik zou gaan bouwen. Een paar voltmeters erop want het oog wil ook wat, een draadgewonden potmeter om de spanning traploos te kunnen regelen en natuurlijk een oud knijpertje van Fleischmann om een vluggertje te kunnen doen. De trafo opgeborgen in een wijnkistje uit de Bordeauxstreek dat bij wijze van deksel een recht stuk van mijn Fleischmannbaan zou krijgen. Eén spoor te bedienen door het knijpertje, het andere door de potmeter. Opzij een aansluiting in rood en zwart voor banaanstekkers om de Tamiya Mini 4 WD Speed Checker (info bij Klaas Bos) te voeden. Drie in de pan, als je het mij vraagt. Als eerste probeerde ik later mijn nieuwe Spaanse bolide (sponsor: Dommo) die ik net had voorzien van een nieuw kroonwiel; WWWHHHRRROOAAAAHHHHHH! Rijdt dat karretje ineens op zijn sloffen 41 kilometer per uur. Joepie!

Wedden dat de clubleden vanavond hun autootjes willen testen? Kom maar kijken en breng vooral je vrouw mee. In Tweede Mond geldt een maximum snelheid van 50 kilometer, behalve voor de auto’s van Amazingslotcarracing. En dankzij mijn voortreffelijke racekunsten kwamen wij na Kerst weer veilig thuis. Zegt mijn vrouw: “Goed gedaan, Max!” Maar of dat nu een compliment is?

Naschrift:

Tammo Tachtig (Tammo Eighty) is de fictieve Wubboïstische god van Tachtig kilometer per uur. Tammo is snel in populariteit aan het groeien in de Internetfolklore en is reeds opgedoken op sites als 4chan en 7chan en de Oncyclopedie. Het is aannemelijk dat 'Tammo Tachtig' ontstaan is door een Groningse campagne om het 'tachtig rijden' te promoten. Tammo is een typisch Groningse naam.
Naschrift bij het naschrift: Ik zal nog uitzoeken of Tammo en Tamiya met elkaar verwant zijn. HT.

zondag 4 januari 2015

Zijkant






Zijkant



Hein Tunnissen

Precies zoals er nog hele volksstammen zijn die geloven dat je van soloseks vliegende ruggenmergtering krijgt, zo zijn er ook nog hele hordes slotbaancarracers (zij dus die het doen) die denken dat siliconenbandjes van anderen de prestaties van hun bolides nadelig beïnvloeden. Er druipt olie uit die banden, de baan slijt onregelmatig weg, in de bochten hecht zich een of andere ondefinieerbare smurrie op het oppervlak, terwijl aangebrachte curbstones langs de baan wekelijks opnieuw geschilderd moeten worden omdat die voorbij razende siliconenmassa persoonlijk de strijd aanbindt met die in het geheime lab van Akzo Nobel vervaardigde gekleurde pigmenten.
Dit alles, het moet nog maar eens worden gezegd, is grotesk gelul. Een grote waarheid is wel dat die bandjes nauwelijks slijten, zodat je lekker voort kunt blijven kachelen, zonder dat je wekelijks Klaas Bos moet bellen voor alweer een nieuwe order. Je hebt natuurlijk van die stoethaspels die hun foambandjes plat rijden tot het chassis over de baan schuurt, maar dat zijn er gelukkig maar weinig. Het merendeel van de rubbergang moppert er vrolijk op los bij wijze van wrok. Daarbij worden ze door niemand gehinderd, want als je maar hard genoeg blaft, krijg je stapje-voor-stapje van iedereen gelijk. Siliconenbanden slijten bijkans niet. Een heuse uitkomst voor krenten zoals ik. Natuurlijk ben ik dat niet, maar dat zijn dus van die ongefundeerde aantijgingen die silly-rijders steevast naar hun helm geslingerd krijgen.
Het is zelfs al zo erg, dat ik laatst bij aanschaf van een paar NSR-bandjes van twijfelachtige Italiaanse Alfa Romeo-kwaliteit, er GRATIS een paar nagelnieuwe Ortmannen bij kreeg. In feite zijn dat gecamoufleerde siliconenbanden, want ze worden weliswaar Ortmann genoemd, maar het zijn dus gewoon silly’s. Zelf doe ik er niet moeilijk over: ik rijd gewoon op knalblauwe siliconenbanden onder mijn knalgroene Renault Megane AW en dat blijf ik doen tot ik met kop en kont uit het clubhok wordt gegooid. Ik verontschuldig mij niet, ik ga er niet prat op.
Maar watske beurt? Op een avond dat ik niet aanwezig ben, wordt er wat afgeracet tot op de limiet. Tot ieders verbijstering ging de tijd op baan 3, mijn baan zeg ik nu in alle bescheidenheid, per ronde omlaag. Markus was zo onthutst en verbouwereerd dat hij over heel Facebook rondtoeterde: dankzij die siliconenbandjes van Hein. Intelligente conclusie, erg juiste conclusie. We kunnen dus zeggen dat in de late uurtjes van de gezelligste slotracecarbaanclub van Nederland historie werd geschreven omdat die idiote siliconenbandjes nu eindelijk de schuld kregen van iets wat zij ronde na ronde wel doen: zij verbeteren de baan.
De techniek is eenvoudig: dompel de bandjes een nachtje in een eierdopje met lampolie. Ze moeten lekker drijven en roer die massa om de twee uur even om met een spateltje. Het is niet raadzaam om die stinkende pot naast de echtelijke sponde te zetten, maar liever in het bijkeukentje of anders op een plek in huis waar nooit iemand komt. Sommige huizen hebben in het trappenhuis zo’n hoog onbereikbaar raam. Heel geschikt! Hoe dan ook, ’s ochtends uit de wonderolie tillen, afdeppen en ’s avonds (en vooral niet eerder!!!)  op die peperdure luchtvelgen van NSR monteren. Meteen wegrijden. Het resultaat is ongelooflijk. Niet alleen loopt de motor veel mooier, ook de wegligging is onherkenbaar verbeterd. Als een blok, alleen vergelijkbaar met die mooie oude Citroën DS Pallas 21 Injection die je ook zo heerlijk zuigend door de bocht kon trekken.
Ik dwaal af. De schoongemaakte bandjes pikken ieder kruimeltje, spikkeltje of marble-tje op dat slordige collega-chauffeurs achterlieten zodat na verloop van tijd een goddelijke racebaan het resultaat is. Amerikanen wisten dat al lang; daar rijdt iedereen op het wonderspul van de badkamernaad. Minder is daarom wel dat het verrassingseffect daar veel minder is dan hier in het gristelijke Holland. Laatst sprak ik een Duitser die, wel enigszins van de wereld, zijn BMW uit de 7-serie had laten voorzien van badkamerspul. Beviel voortreffelijk, maar het was hem te gek om voor de rest van Duitsland en met name die suffe Hollanders alle Autobahnen af te rijden om het wegdek te cleaneren. Ik heb hem meteen gelijk gegeven en dat doe ik niet vaak als het om Duitsers gaat. Net zoals u, neem ik aan. Achteraf had ik daar wel een beetje spijt van toen ik -wat later- bij een Raststätte zijn auto op zijn zijkant zag staan!