maandag 29 oktober 2018

Kapje

Hein Tunnissen

Kapje
Toen ik Nederlands studeerde, kreeg ik aan het eind van het allereerste college te horen dat een dag later het Nedersaksisch behandeld zou worden. Lees ‘Ain boer wol naor zien naober tou’ dan zal ik dat morgen voor jullie zingen. Meer doen we er niet aan! Sodeju, dat schoot lekker op met die studie! Aan dit rücksichtslos wegstrepen van Nederland boven en naast de IJssel moest ik denken toen ik bij onze club voor het eerst hoorde spreken over ‘het kapje’ en meer in het bijzonder ‘rood kapje’ als het om een Ferrari ging. Althans dat geloof ik, want mijn tongval is wat afwijkend en meestal versta ik er geen biet van, wat ze zoal tegen elkaar brabbelen. Behalve dan ‘kapje’.
Als oud-Neerlandicus bespeur ik hier natuurlijk een Nedersaksische verwantschap met het Duitse ‘Karo’. Als je dat lied van die boer die naar zijn buurman wilde (Waarom in godsnaam?) goed bestudeert zoals ik deed, dan begrijp je dit onmiddellijk. In onze club is het kapje voor, en kapje na. En het gesnik en gesnotter neemt werkelijk helemaal groteske vormen aan als er weer eens een vreemde eend in de bijt tot moes is gereden. Zoals een kapje van Revell of een kapje van Tamiya. Daar wordt terecht heel minachtend over gesproken, over die kapjes.
Het zijn namelijk hele mooie kapjes, maar meer voor de vitrine. Zit je eraan met je vingers, dan breekt er iets af. Laatst hadden we weer zo’n heerlijke klap waarbij je alles hoorde kraken en scheuren. Tot groot vermaak vloog de kanariegele Revell (Nota bene een ijzersterke BMW; hoe mooi kan het leven zijn?) met een fraaie boog uit het slot, over vijf tracks, steeds hoger en hoger om met een fatale knal op de keiharde houten vloer te crashen. Nog een geluk dat die niet van hardhout is!
Laat ik er dit van zeggen; de collega-coureurs die stonden te huilen van het lachen, laat ik expres buiten beschouwing, maar de ravage die wij een zestal meters verderop aantroffen tart iedere beschrijving. Het complete handschoenenkastje was met de rest van het interieur (veel zwart leer en chroom) achterin de kofferbak terecht gekomen. Aan de achterzijde ontbrak de complete overgang van Karo naar chassis, zodat je moeiteloos dwars door de auto kon kijken want ook de karakteristieke BMW-Grill was met omlijsting en al compleet verdwenen. Verschwunden! Enige tijd later, de traumahelikopter had de Nordschleife alweer verlaten, zaten wij aan tafel na te praten over deze moeder der ongelukken. Doordat iedereen het vanuit een andere hoek had gezien, kregen wij bijna een fraai 3D-beeld van de fenomenale vlucht die deze BMW had gemaakt en de gevolgen daarvan voor de Revell-kap. Het kapje, zogezegd.
En dan zijn er natuurlijk altijd van die fijnbesnaarde types die zeker weten dat dit ook gebeurd zou zijn als wij de CHAOS-knop geen vaarwel hadden gezegd. Het was een onvermijdelijk ongeluk, maar of dat nou troostende woorden zijn als je zelfgebouwde en zelf strak gespoten Revell-carrosserie naar de Filistijnen is, weet ik niet. Ik liet de kompanen nog wat verder koeterwalen in hun Nedersaksisch en liep de afsleepwagen achterna. Het wrak stond inmiddels bij de garage van de eigenaar en in het volle licht was goed te zien hoe ernstig de auto had geleden onder zijn eerste vliegtochtje. Zelfs de stangen van de veiligheidskooi lagen als opgevouwen lucifers tussen de andere zooi in de kofferbak. Van de achterbank was al helemaal niks meer te bespeuren. Waar je ook keek, overal waren stukken kapje afgebroken of afgescheurd. Wij lieten de eigenaar maar even betijen, want het was zonneklaar dat het minste of geringste zoals een hand op de schouder, voldoende zou zijn om hem te laten breken. Ik wist zelf niks beters te doen dan te zeggen: ‘Nou ja, morgen weer een dag!’
En dat is natuurlijk ook zo! De koning is dood, leve de koning! Want enkele dagen later toonde de onfortuinlijke BMW-eigenaar ons een prachtig zilvergrijs gespoten kapje met oranje accenten en overal leuke stickers met als hoofdsponsor Bridgestone, toch niet de eerste de beste! Nee, een hele mooie Porsche, kan niet anders zeggen. Schrijft de eigenaar trots: “Vrijdag compleet en ‘race ready’ te zien bij ASR!” Nu citeer ik de vrienden en dat geeft wel aan dat het een vrolijke boel bij ons is: ‘Hoop dat hij langer meegaat dan de BMW!’ Zelf zou ik dat niet zo scherp verwoord hebben, maar het was weer eens wat anders dan de gebruikelijke opmerkingen bij alweer een nieuw kapje. Als daar zijn: Gaaf, Top, Schitterend, duimpje omhoog, Topper, Mooi en Prachtig! Die aandacht voor de kapjes is overigens maar tijdelijk. Het moet verbloemen dat wij nog niet zo goed weten hoe wij die vermaledijde BRM-chassis moeten tjoenen. Komt nog! Ondertussen doen wij het met onschuldige wedstrijdjes kapjesknutselen. Geinig, hè?





Geen opmerkingen:

Een reactie posten