Hein Tunnissen |
Berlusconi
Zoals sommigen van u wel weten, ben ik drukdoende met de
bouw van een viersporenbaan die zowel analoog als digitaal kan worden gebruikt.
Het begint al lekker op te schieten, hoewel ik vrees dat ik qua digitaal nog
wel een paar maanden geduld moeten hebben, want Slot.it bevoorraadt de wereld
bar slecht. Ik vertel u over een stommiteit. Op Slotcar Forum International
onthult Maurizio Ferrari de komst van een nieuwe chip, type C. Helemaal in zijn
kinderlijke stijl, vertelt hij enthousiast over het nieuwe stukje elektronica
waarmee het slotcarracen nog leuker moet worden. Prima!, zeg ik dan!
Het betreft evenwel een vooraankondiging, want chip type C
is nog niet leverbaar. Nu zijn Italianen echt geen domme jongens, maar dit is
toch wel een kapitale blunder van het type Berlusconi. Om een auto te chippen
tik je 30 euro af. Vervolgens kun je die auto pairen met je controller en de
baan (wissels, magneten) wordt functioneel, zodat je bijvoorbeeld met vier
auto’s op één track kunt rijden. Ik dacht als C even duur is als type B, koop
ik geen type B meer. Ik wacht wel op C. Zo ook de leveranciers die dolgelukkig
zijn als zij kunnen melden: type B, out of stock. Allicht, die gaan die oude
meuk niet meer inkopen natuurlijk. Kortom, de markt zit zo vast als een huis
dankzij onze Ferrari. De normale route was geweest: eerst 20.000 van die dingen
in China laten maken en als die zijn aangekomen, de spanning nog een beetje
opvoeren door een vooraankondiging met bijvoorbeeld de toevoeging ‘over drie
weken leverbaar’.
En waarom zit me dit nou zo dwars? Omdat ik had bedacht dat ik
minstens vier gechipte autootjes moet hebben en even zoveel digitale
controllers om daadwerkelijk digitaal te kunnen racen. Je hebt werkelijk geen
fuck aan zo’n baan als niet aan die twee voorwaarden is voldaan.
Op een avond, de baan was weliswaar nog niet klaar, maar ik
kon op alle tracks rijden, zocht ik in mijn kist naar een auto die zich meteen
senang voelt als je ‘m op de baan zet. Lekker rond knetteren, beetje ondeugend
in de bocht met af en toe een wieltje in de lucht, maar ook vergevingsgezind. Ik
kwam uit bij de Renault Megane ProRace van Ninco. De eerste kocht ik jaren
geleden ergens in de buurt van Eindhoven. Kocht is een groot woord, ik kreeg ‘m
eigenlijk. Naarmate de tijd verstreek kreeg ik meer plezier in het autootje,
want ik scoorde met mijn verbeteringen. Stiller, sneller, gebalanceerd, maar
wel zo brutaal als de beulen. De tweede vond ik bij Rob Cevat die een
bescheiden prijs vroeg vanwege wat secondelijm op de achteruit. Belangrijker is
dat hij de bevestiging van de kap verbeterde door overzet-alubusjes, want die
plestic zooi van Ninco brokkelt af onder je handen. Het enige echte zwakke
punt! Nummer drie en vier vond ik bij Tinte-Ring, bijna mint, maar ook getuned
en dat is zeker niet slecht gebeurd.
Natuurlijk, het zijn simpele auto’s maar ze hebben een mooie
vlakke bodemplaat waar je die print met chip uitstekend op kunt vastzetten.
Dubbelzijdige tape, vooruit of achteruit schuiven tot de perfecte balans is
gevonden. Daarna gaatje boren voor de sensor. Klaar! Ik denk dat ik maar een
novene start om af te smeken dat die verrekte chips nog ooit komen. En als dat
zo is, gaat het weer als met de olijven: iedereen krijgt er drie! Binnen zes
seconden uitverkocht. Ik voorzie hier een kleine ramp! Sterker nog, ik hoop dat
ik bij leven nog meemaak dat ik dit systeem volledig aan de praat krijg. Als ik
op Facebook zie dat het hele team van Slot.It in een of andere sportzaal vooral
bezig is met de revival van Monza voor slotcars, dan vrees ik het ergste.
De Ninco Megane is een grappig autootje omdat je er lekker
mee kunt rondscheuren en omdat een crash vrijwel nooit fataal is. Net als in
het echt rolt hij gezellig om-en-om en later zal blijken dat de auto nog geen
schrammetje heeft. Zelfs de ruitenwisser lijkt onkwetsbaar en ook de spiegels zijn
onverwoestbaar. Dat maakt het voor gasten natuurlijk veel leuker. Want eigenlijk
is er geen zak aan als je meteen in de eerste bocht al op je muil gaat. Ik zie mijn
baan niet echt als een dingetje om Oxigen te promoten (zie hierboven), maar ik
vind het wel leuk om vrinden en kornuiten wegwijs te maken in de digitale
wereld. Het is een aanpak die voortkomt uit mijn opvatting dat digitaal racen
stukken leuker is dan analoog rondtoeren. Over eventuele verschillen tussen de
auto’s maak ik mij geen zorgen. Als een heat is geëindigd worden de controllers
onderling gewisseld. Iedere controller heeft zijn eigen kleur, bij iedere
controller hoort een auto.
Vervolgens rijdt eenieder met zijn auto naar de startlijn,
waarna er wordt gestart voor heat twee. Etcetera. Digitaal rijden komt niet uit
de startblokken omdat het verhaal erachter veel te vaag is en de aanloopkosten
extreem. En als je niet zeker weet of de fabrikant de laatste bouwstenen nog
kan leveren, begin je er al helemaal niet aan. Dat is begrijpelijk, maar ook
verrekte jammer! Italiaans dus!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten