zondag 26 februari 2017

Kist

Hein Tunnissen
Kist
Sinds wij van Amazingslotcarracing iedere clubavond een Mosler-wedstrijd rijden (4 heats) en sinds kort zelfs afsluiten met een tweede wedstrijd in de Group C-klasse, heb ik eigenlijk weinig tijd meer om tijdens zo’n clubavond wat te sleutelen en te testen. Je bent eigenlijk vooral druk bezig met de auto die je in de wedstrijd wilt gooien, met het verkennen van de baan en de WD-40 film daarop, het schoonmaken van de bandjes en het invetten van de tandwieltjes met kranenvet dat je bij Gamma in een tubetje kocht. Zo druk als een baasje dus.
De kwestie is nu dat je na arriveren, als altijd meteen een kop koffie krijgt aangereikt, wat bijkletst over de gruwelijkheden van die week (Vier dagen in de file gestaan!; bandjes besteld, zijn er nog niet! Etc.) en dan als een idioot aan het werk moet. In de kist zit dan gewoontegetrouw allerlei zooi waar je helemaal niets aan hebt. Zoals bijvoorbeeld een leuke, bijzonder grappige Renault Clio met ING-livery van NSR waar behalve nieuwe sponsbandjes ook hoognodig nieuwe braids onder gezet moeten worden. Alles bij elkaar een karweitje van niks, maar toch heb je er de tijd niet voor. Dus reist die Clio al een maand of vier doelloos heen en weer. Rijd ik er dan in een onbewaakt ogenblik een stukje mee, dan weet ik meteen: Tja, daar moet hoognodig wat aan gebeuren! Wat ook niet echt bevorderlijk is voor een goed humeur, omdat ik me alweer iets ga voornemen wat ik niet ga waarmaken.
Dus daar heb ik over nagedacht en wat op gevonden. Dankzij de Tomtom, de crisis en Marktplaats kun je tegenwoordig 24/7 alles kopen en dankzij internet kun je idem dito alles vinden. Heerlijk! Mijn plan: ik koop voor mijn racekist een stel extra bakjes en dan wissel ik de inhoud van mijn kist al naargelang het programma van de avond. Dit systeem is van absolute wereldklasse en goed voor een patentje of drie. Nu nog die bakjes vinden. En dat viel niet mee. Want die Zwitserse kaasboer die zich fabrikant van de PolyDesign waant, ligt meestal op een Alpenwei (Alm) naar paarse koetjesrepen te kijken en is zelfs met Google niet te vinden. Ze horen ook niet bij de EU, wist mijn vrouw! Ach, tuurlijk!
Evenwel, door te volharden vond ik wel wat en tot mijn geluk redelijk dichtbij in Muntendam. Stonden een beetje verstopt op een website voor modelbouwauto’s. Jaja, en dáár kunnen wij nog wat van leren. Een instapmodelletje kost circa €2.300,- en dan zit er (voor zover ik begreep) nog geen dekseltje op! Allemachtig, dat is een dure hobby! Ik had tijd zat om wat rond te kijken want het duurde een paar dagen voordat de eigenaar van de webwinkel in de peiling had dat er mail in zijn busje was gevallen. Lang verhaal kort: dankzij de Tomtom stond ik niet lang daarna in een of andere wijk waar ik zonder Tomtom nooit meer was uitgekomen. Aardige vrouw, afrekenen aan de deur en zij wenste mij veel plezier met mijn bakjes. Attent!
Thuisgekomen duurde het nog even voordat ik tijd had om een nieuw indelingsplan voor mijn kist te maken en toen bleek wel dat het ontzettend lastig is te beslissen wat er absoluut mee moet, wat eventueel thuis kan blijven en wat echt overbodig is tijdens zo’n clubavond. Nu heb ik zo’n kabelset met twee dikke geïsoleerde pennen waarmee je tot 450 Volt wisselspanning kunt meten en die niet terugdeinst voor een stroomsterkte van 65 Ampère. Die zou wel thuis kunnen blijven, overwoog ik. Maar de rest? Soldeerbout, compressor, inklapbaar bankschroefje, blikschaar en lekker bolhamertje voor het uitkloppen van lood; je kunt het allemaal nodig hebben. Zo zag ik in de kist van een collega een vibrator liggen. Ik fronste even voorzichtig, maar hij had het gezien: “Doet het niet. Moet ik nog repareren!” Net als de Clio dus; ik begreep het onmiddellijk!
Uiteindelijk maakte ik een indeling naar wedstrijden. Ik spiekte voor dit idee een beetje bij de kist van Alphons P. die heel goed in kiezen en indelen is. Zo legt hij bijvoorbeeld op Facebook uitgebreid verantwoording af als hij een Classic Cup-race gaat bezoeken. Drie stuks gaan mee, niet meer. Juist voor de wedstrijd beslist hij welke auto het beste bij zijn techniek en tactiek van die dag past. Zitten er snelle racers bij, dan kiest hij meteen voor een andere klasse waarin hij wel kans maakt. En vergis je niet: deze man kan heel hard rijden. Maar hij houdt ook van zijn auto’s en dat is volstrekt belachelijk als je gaat racen.
De nieuwe bakjes die ik heb gekocht zijn dan ook niet crèmekleurig zoals de originele, maar zwartgrijs zodat de begrafenisstemming er al goed inzit als ik mij naar het clubhuis begeef. Mogelijk zal een wedstrijdauto niet meer huiswaarts keren. Het leven is nu eenmaal kiezen; de doodskist of de gladiolen!






zondag 19 februari 2017

Marktplaats

Hein Tunnissen
Marktplaats
Al sinds jaar en dag erger ik me wezenloos aan Marktplaats: Home, Kinderen en Baby’s, Speelgoed, Racebanen. Inderdaad, het valt niet te ontkennen, racebanen vormden in de jaren 1963-1973 de hoofdmoot van het kinderspeelgoed, om niet te zeggen van de jongens onder ons. Welnu, met mijn Smartphone kan ik uitrekenen dat deze hoogtijdagen ruim 40 jaar achter ons liggen. Racebanen hebben niets, maar dan ook werkelijk helemaal niets met kinderen te maken, laat staan met baby’s. Wat zijn dat in godsnaam voor achterlijke sukkels, daar bij Marktplaats?
Kijk, dat er ook nog wat rare plestic zooi tussen staat die wordt gekenschetst als racebaan, maar ondertussen meer weg heeft van een mini-kermisattractie, dat zal mij worst zijn. Maar al het andere, van particuliere tot professionele verkopers van slotcars, is geen kinderspeelgoed. En ik bevind mij in goed gezelschap, want Duitse slotraceshops vermelden bij ieder product: “Achtung:  Kein Spielzeug! Nicht geeignet für Kinder unter 14 Jahren”. Pittig wijf, die Frau Merkel! Pakt de zaken meteen goed aan.
Laatst was ik met mijn zoon wat aan het racen op Zolder. We hebben een tweespoors Fleischmannbaan met een recht eind van huppakee!, tien meter! Lang genoeg om op je gemak een slokje koffie te nemen of om de veters van je schoen te strikken. Zeg ik plotseling tegen hem: Wist je dat ik naar Duitse maatstaven gerekend in overtreding ben, omdat jij hier aan het racen bent? Hij lachte zijn beroemde lachje van lul-maar-een eind-raak-ouwe-heer, en passeerde mij in de Puki-bocht op een Max Verstappen-achtige manier!  Jaja, jij lacht, maar je moet in Duitsland wel 14 zijn voor deze 3D-game! Van verbazing stopte hij, zodat ik hem weer kon inhalen! Wat is dit nu weer voor flauwekul, pa? Enfin, nadat ik het hem had uitgelegd zag hij er de logica wel van in en hij stelde voor Marktplaats te gaan boycotten. Dat plan moeten we nog verder uitwerken.
Door die gruwelijke ergernis van ‘Home, Kinderen en Baby’s, Speelgoed, Racebanen’ kijk ik steeds vaker op de Duitse variant via Facebook: Slotcar-Flohmarkt. In een paar maanden tijd is die openbare groep (huh?) uitgegroeid tot de grootste West-Europese automarkt voor gleufauto’s met iedere dag kakelverse nieuwe aanbiedingen. Duur, extreem duur, maar ook lekkere koopjes. Ik onderhandel wat met de Duitse Freunden en haal zo’n mijn Duits wat op. Kijk, een beetje raak kletsen met de buren kan iedereen, maar correct Hochdeutsch schreiben met of zonder Ringel-S (β - Eszett) is toch wel heel andere Pefferkuchen!
Vandaar mijn voorstel om dit leuke initiatief voor zowel verkopers als voor kopers, één op één te kopiëren en ook voor Nederland een Slotcar-Vlomarkt op te richten om ons in één klap te bevrijden van de Faller AMS-banen, de Lego-banen, die verschrikkelijke Fischer Price, de Racebaan Lanceerbaan, Carrera Go, Jouef, Hotwheels, de Raceset van Cars, Polistil, Gama, de Looping Chaser, Cartronics, Chuck & Friends Stuntbaan, Xtrek PRO-baan, Freeway Speed Legend (nog niet meegespeeld, dus inhoud is nieuw!) en de Auto-Racer Road Racing set 6034 op batterijen.
En analoog aan de Meubelboulevard of de koopstrip met Automotivedealers zou ik er dan ook voor willen pleiten om de professionele verkopers van ons spul een prominente plaats te geven waarin zij dan dagaanbiedingen kwijt kunnen of andere leuke boodschappen. En daar heb ik een hele bijzondere reden voor.
Ik was op zoek naar sponsrubber, auch Moosgummi genennt. Schreef toen onder andere een briefje naar Slotracing2Go en Jacqueline reageerde meteen: Hé Teun, probeer eens Bibian’s Poppenhuis in Venlo. Nu kan ik zelf op gezette tijden zeer sarcastisch uit de hoek komen, maar dit sloeg werkelijk alles. Dus ik naar het Poppenhuis. En wat blijkt? Achter die naam in Venlo schuilt een slotcarwinkel. Met zelfs een testbaantje! Kijk maar op de website, maar leg eerst je vrouw goed uit waar de poppenbelangstelling vandaan komt, anders krijg je daar weer gezeik over.
De moraal van dit verhaal is dat we het goede moeten behouden en de shit overboord moeten gooien. Eerder heb ik een lans gebroken voor een behoorlijk Nederlands Forum over slotcarracen om opgedane kennis te delen. Persoonlijk heb ik een enorme hekel aan dat gedeel en vooral het gekakel daarover, maar ik heb een nog grotere hekel aan het verspillen van tijd door opnieuw het wiel uit te vinden. Ik geef even mee, gratis en voor niks: Race, ongeacht de baan, altijd met sponsbanden van Scaleauto. Wij van Amazingslotcarracing kiezen voor de zachtste band (witte ring) op onze MDF-baan. Geel gaat ook prima, maar is toch minder. Rood is uiteindelijk te hard. Is wel acceptabel na 23.00 uur als de baan stevig is opgewarmd. Doe er uw voordeel mee! Dit gratis advies mag u met iedereen delen! Geen rubber, maar sponsrubber!

  

zaterdag 11 februari 2017

Schuld

Hein Tunnissen
Schuld
Omdat ze gelukkig niet het eeuwige leven hebben, zie je ze niet zoveel meer. De Volvo Stationdoos met die afschuwelijke uitlaat onder de achterbumper. Een of andere zilverkleurige bus van een meter lengte die ze kennelijk nergens anders meer kwijt konden. Of misschien waren ze hem gewoon vergeten tijdens het ontwerpproces. Zeer wel mogelijk. Tegenwoordig is de uitlaat ook weer erg in trek en dan vooral de dubbele uitlaat. Ik vind dat vreemd in een tijd dat iedereen zich zorgen maakt over fijnstof en de hittegolf op de Noordpool. Waarom benadrukken dat jij de oorzaak bent?
Het gaat te ver om het te beweren, maar het lijkt erop dat ik mijn auto juist geselecteerd heb op een uitlaat die je niet ziet. Voel ik me wat depresssief, dan zet ik mijn auto op mijn smeerput (dit is Groningen, hè?) en ga ik lekker op mijn rug met een glas whisky in de hand naar de onderkant van mijn auto kijken. Word ik helemaal blij van. Genieten! Zo prachtig ontworpen, zo prachtig vormgegeven. Vooral de laatste pot, waar je zonder problemen 150 kilogram heroïne in kunt smokkelen, zit zó knap weggewerkt dat je je afvraagt waarom de onderkant van die auto niet is uitgeroepen tot cultureel erfgoed. Industriële vormgeving is vaak om stil van te worden. Recht van achteren zie je helemaal niks! Zelfs geen pijp!
Natuurlijk kan het ook qua vormgeving volkomen misgaan. Zie de nieuwe serie Alfa Romeo’s (We’re Back, Again!), waarbij de directie bij de presentatie van de eerste kleimodellen, zich hardop afvroeg: “Moet er aan de voorzijde niet ergens een kentekenplaat op, dan?” Roest, helemaal vergeten! De oplossing is tenenkrommend en iedere dag zichtbaar. Vre-se-lijk!! Wat maakt een vrouw mooi? Perfecte symmetrie! Voor een auto geldt precies hetzelfde, sukkels!
Laatst kocht ik uit puur jeugdsentiment een wel heel bijzonder slotkarretje dat, helemaal passend bij die tijd, twee uitlaten bezit. Symmetrisch, aan weerszijden van de auto. Toen viel het me eigenlijk pas op dat de moderne slotcar met allerlei details wordt uitgerust, behalve met uitlaten. Wat natuurlijk ook volstrekt logisch is, want we praten wel over elektrische en schone aandrijving. Maar afgezien daarvan, kennelijk is na - pakweg 1965 - op de circuits de wens om te pronken met uitlaten, helemaal weggezakt. Een enkele keer kun je met veel moeite in de buurt van de diffuser nog een enkel kort pijpje ontdekken, maar veel stelt dat allemaal niet voor. Ik geef toe dat ik zelf de uitlaat van een Audi LMP R18 TDI wat heb opgeleukt door de bij het lichtsetje bijgeleverde ieniemienie-lampjes in die pijpjes in te bouwen. (Handleiding: boor hiertoe in het pijpje een gaatje van 0,03 mm!)
Laat je nu je controllerhandle los, dan lichten die lampjes even knipperend op, daarmee de suggestie van ‘backfire’ wekkend. Dat verschijnsel treedt op als het mengsel wat aan de rijke kant is en daardoor in de gloeiendhete uitlaat tot ontbranding komt. Na de energiecrisis, alweer ruim 40 jaar geleden, zag je die leukdoenerij eigenlijk niet meer.
De wereld is sindsdien een stuk efficiënter geworden. Neem nu de auto’s in de dinosaurus-klasse Group C, waarmee wij iedere vrijdag de grootste lol hebben. De firma Slot.It heeft zegge en schrijven één chassis met motormount en torretje en daar hebben ze alle kapjes overgetrokken van de auto’s die officieel deel uitmaakten van die klasse. Het is bijna net zo efficiënt als de echte automotive van tegenwoordig. De Peugeot is een Fiat, is een Citroën, is een… noem maar op. Ziehier de aanval van deze fabrikanten op de Renault Espace. Het onderstel is steeds hetzelfde, alleen de jas is anders. En dan hoor je toch van die zeveraars die beweren dat hun Peugeot beter rijdt. Veel beter zelfs!
In onze Group C klasse is het helaas niet anders. Terwijl wij natuurlijk als de echte kenners van de automotive toch beter zouden moeten weten. We rijden met hetzelfde chassis, met dezelfde motormount, zelfs met dezelfde oranje rookmotor, hetzelfde gele kroonwiel en pinion, op dezelfde bandjes tegen elkaar in de hoop dat de ene auto net iets beter en sneller is dan de andere. Beter getuned, beter geprepareerd. Wat zijn wij toch een sukkkels!
Of niet? Er zijn clubs die helemaal stikken in de regels met do’s and dont’s, wil je überhaupt nog met je karretje aan de start mogen verschijnen. In de 24-klasse gaan ze zelfs zover dat de brandblussser tussen de voorstoelen verplicht is, want er zijn namelijk van die snoodaards die daar een aanzienlijke gewichtsbesparing weten te realiseren door die brandblusser weg te dremelen. Doe als wij! Scheur Group C en alles is geregeld! De coureur bepaalt de overwinning, niet de auto! Bij verlies is het de schuld van de auto. Dat dan weer wel! Ontwerpfout!



zaterdag 4 februari 2017

Oven

Hein Tunnissen
Oven
Laatst zei mijn vrouw (we lagen nog in bed wat uit te rusten): “Zullen we dan samen koken?” Prima idee, antwoordde ik. “Dan maak ik wat in de oven”, en dat vond zij weer een prima idee. Kortom, ons huwelijk is nog helemaal shiny. Natuurlijk staat het verbond weleens wat onder druk, want als je niet oplet, ben je voortdurend voor die kinderen aan het zorgen en daardoor heb je geen aandacht meer voor elkaar. Lastig, als je dan op vrijdagavond ook nog gaat slotracen; voordat je het weet heb je elkaar dat hele weekend weer niet gezien. Daarom spreken wij op zaterdagochtend altijd even de agenda door.
In dit geval kwam het voorstel wel erg goed uit, want ik had op de website van Slot.It een trucje gevonden over het rekken en strekken van plestic chassis. Maar omdat ik journalist ben, ben ik altijd heel kritisch en als het Italianen betreft, gooi ik er meteen nog een flinke schep kolen bovenop. Italianen zijn maatschappelijk bijzonder onaangepast, wat al blijkt uit hun rare voorliefde om proactief toeterend door hun land te rijden. Maar in dit geval, moet ik toegeven, hebben ze wel een punt. Want lees maar een artikel over het optunen van een slotkarretje en het gaat altijd weer over die vermaledijde lagertjes, de kromme asjes, evo-dit en evo-dat, terwijl het probleem vrijwel altijd in het chassis schuilt. Krom! Getordeerd! Kattenrug! Slechts een enkele keer wordt er in een artikel wat gemompeld over de noodzaak van een recht chassis, maar ik geef u de verzekering dat dit een volslagen onderschatting van het probleem is. Ze komen gewoon krom uit de fabriek. China dus!
En een krom chassis rijdt niet. Dit kan ik aantonen. Fabrikanten als Plafit en Scaleauto brengen chassis van metaal op de markt en die hameren in hun zeer beknopte bouwhandleiding maar op één ding en dat is recht! Zorg dat het bouwsel recht is! Zo vlak als een pannenkoek op een hete Tefalbodem! Welnu, voor de plestic varianten geldt precies hetzelfde. En nu blijkt dus dat Slot.It op de website een bewonderenswaardige knieval richting consument doet door dit probleem uit de taboesfeer te trekken en, nog beter, door er een oplossing voor aan te dragen.
Die avond zette ik de oven op 120 graden, terwijl mijn vrouw de piepers stond uit te kleden. Zij fronste lieftallig de geëpileerde wenkbrauwen omdat ze wat verwonderd was. Ik was toch degene die de salade zou maken? Ik lachte haar zo charmant mogelijk toe en keek daar een beetje geheimzinnig & samenzweerderig bij, wat altijd een geweldig effect heeft als de liefde nog in de lucht hangt. Godzijdank, waren de kinderen nergens te bekennen, zodat ik het effect volledig kon uitbuiten. Ze schudde haar blonde haar en ik zag haar denken: “Mannen!”
Nu had ik die middag de salade uit de oven al goed voorbereid. Het chassis van mijn favoriete Mosler zag met magneten mooi op een strakke vlakke metalen plaat geklemd en die legde ik in een vuurvaste ovenschotel. Juist toen de oven zijn werktemperatuur bereikte, kookte ook het water in de ketel dat ik in de schotel schonk. Het geheel plaatste voorzichtig in het midden van de oven die ik meteen uitdraaide. Ook het lampje! Het Italiaanse wonder voltrok zich nu in stilte en in diepe duisternis. Omdat onze oven lekker strak is ingebouwd en ook onze spouwmuur daarachter goed geïsoleerd is, koelt de oven maar heel langzaam af. En dat is precies de chemie die nodig is. Neem de tijd en doe het langzaam! Het lijkt wel seks op zaterdagochtend!

In de magnetron verbrandde ik een handvol walnoten, zodat de keuken begon te meuren als de notentent in Hoog Catharijne vlakbij de hoofdingang van Utrecht CS. “Oh,” zei mijn vrouw, “je maakt echt wel iets bijzonders van die salade!” Hierdoor aangemoedigd flikkerde ik ook nog een kant-en-klaar mosterdsausje in een steelpannetje dat ik lauwwarm bij de salade serveerde. Iedereen razend enthousiast over Barbapapa, le chef. Enfin, de volgende ochtend haalde ik terwijl iedereen nog sliep, de ovenschaal tevoorschijn. Ogenschijnlijk was er niks veranderd, maar toen ik het water had afgegoten en de magneten had losgepeuterd, kwam de aap uit de mouw. Het chassis van mijn Mosler lag als een dooie platgereden kat op een winterse zondagmorgen op de metalen plaat. Wat een enorm succes! Slot.It claimt nu dat de structuur van het chassis dusdanig veranderd is dat het chassis ook tijdens het gebruik vlak blijft. Heeft iets te maken met het opschudden van de moleculen door verhitting, waarna stabilisatie volgt (En dit is heel belangrijk!) door heel langzaam afkoelen. “Gottegot, wat een leuk weekend!”, zei mijn vrouw ’s avonds toen ik deze blog aan het schrijven was. “Fijn!”, zei ik, “dan doen we nog een keer salade uit de oven!”