Hein Tunnissen |
Sjompen
Mijn Mosler kreeg ik van mijn vrouw, maar die deed net of
het een cadeautje van Sinterklaas was. “Ik weet van niks!”, en daar trok ze een
gezicht bij of ik haar zwager ben. Enfin, we hadden dat jaar een pakjesavond
zonder Piet Z, want er was toch niemand meer die erin geloofde en wat moet je
dan met zo’n sukkel met roodgestifte lippen, een malle pofbroek en plestic
ringen in de oren die er dus helemaal niet echt doorheen geslagen zijn, zoals
je vroeger in de tijd van de slavernij nog weleens zag.
Daarom zat het autootje mooi verpakt in een vitrineboxje met
daaromheen bubbeltjes plestic (Dank u Klaas!) en daaromheen weer een doosje dat
ik herkende als de giftbox die mijn vrouw een paar maanden eerder ten tijde van
haar verjaardag van mij had gekregen en daaromheen weer een
Sinterklaasinpakpapiertje, dat kennelijk hoog mode was, want alle cadeautjes
op, onder en rond de tafel zaten in zo’n camouflage. Nu was het inderdaad zo,
dat ik niet meteen wist wat er in de surprise (!) zat, maar toen ik het gewicht
voelde, wist ik direct dat ik een auto te pakken had. Omdat ik m zelf had
besteld om Sinterklaas wat te ontlasten, wist ik ook dat het precies de auto
was die ik wilde.
Nu ben ik me er wel eentje! Want eigenlijk kan het me geen
fluit schelen hoe dat ding eruitziet, hoewel ik diep onder de lakens nog wel
eens toe wil geven dat ik bijvoorbeeld zo’n blauwe Mosler van Heer Fokko erg
mooi vind of anders wel één van de zes Gulf Moslers van Markus, die hij in een
gulle bui kocht om de club met enige snelheid in het zadel te helpen. Daarnaast
heb ik een gele die ik kocht van ene Bianca in Groningen, die later plotsklaps
een man bleek te zijn. Jaja, dat is me er ook al eentje, die Teun! Dan is er
nog een grasgroene die uit de Grootspoor-collectie komt. Maar hoe je het ook
went of keert, het is niet de livery of de kleur die het ´m doet.
Hooguit heeft die kleur een functie als een oud Afrikaans
masker zoals je die wel in het Afrikamuseum in Berg en Dal aantreft met als
enige bedoeling angst aanjagen. Markus heeft de zijne aldus zwart gespoten met
een lichtroze lichtgevende hanekam over het midden. Niet echt het strakke
Zwitserse spuitwerk dat wij van hem gewend zijn, maar het effect is er niet
minder om: dat dingt spuit zo meedogenloos hard over de baan (alles onder die
NSR-kap is van Slot.It) dat je de neiging krijgt effe opzij te gaan als hij
komt aandenderen, want natuurlijk helemaal niet kan met een slotcar! Je wordt
er gewoon bang van!
In de loop der jaren hebben wij het finetunen van Moslers
tot een grote kunst verheven en in onze clubje ligt dan ook altijd het
Mosler-virus op de loer, omdat wij eigenlijk van mening zijn dat er geen auto
is die zo afschuwelijk hard kan blèren als dat strijkijzer van NSR. Wij vinden
het eigenlijk een schande om langzaam te rijden met een Mosler, als dat al
mogelijk is. Regels kennen wij niet, in dit geval. Je fantaseert er maar lekker
op los en je gaat je gang maar. Zo heeft Alphons een muisgrijze silvershadow,
die lawaai maakt als een gecastreerde haan in een hok met geile kippen en dus rijdt
als de duivel. Doet nog het meeste denken aan de rode Mosler van Raymond die
altijd een spoor van messingvijlsel achterliet, zo venijnig ging dat mannetje
op het gas. Eén avond rijden en er zat geen tandwiel meer in. Wel lachen,
natuurlijk!
Zo hadden we ook een periode dat we eerst de sterkste
motoren uitzochten die de markt maar te bieden had (Apache!), om daarna het
vooronder helemaal vol met lood te gooien om dat geweld nog een beetje in toom
te kunnen houden. Wel zeiden wij tegen elkaar alsof we een groot geheim
doorgaven: een stille Mosler, is een snelle Mosler! En dat is nog steeds zo,
hoewel deze claim vooral voor de AW-versie geldt. Net iets kritischer in de
afstelling (22,371° tov achteras) en vooral beter in balans met die motor een stukje
verder naar voren dan de SW-uitvoering die toch vooral voor de thuisbanen is
bedoeld.
Inmiddels zijn we er een beetje vanaf, van die grote motoren. Een
enkeling weet nog van geen ophouden, maar de anderen experimenteren vooral met
tandwielen, banden en EVO één tot en met vijf. Daarnaast wordt er flink
gedremeld en geboord. Maar een Mosler met licht bijvoorbeeld, heb ik nog nooit
gezien en dat spreekt boekdelen. Dankzij
die hang naar snelheid doet die kap er gewoon niet toe. Staan wij met zijn
vieren aan de start dan is dat een prachtige verzameling sjompen, nog
net niet haveloos. Daarom is iedereen ook altijd heel blij als de lichten
uitgaan, want dan doet dat er niet meer toe. Je ziet er niks van, als je ze
ziet vliegen!
Nieuwe clubrace? De sjomp-classe. Leuk gevonden Hein. Elke auto mag zolang er iets aan mankeert.
BeantwoordenVerwijderenPrima voorstel! Enorm grappig! Moeten we die schade of dat gebrek nog uitdrukken in euro's? Anders krijgen we daar weer gezeik over! Ik ken iemand die constant in de eerste ronde zijn spoiler verliest en die voor de sjompenrace meteen die spoiler in de kist laat liggen om aan de voorwaarde te voldoen.
BeantwoordenVerwijderenHet werk uit de hand nemen van de familie door zelf mijn cadeautjes te kopen bevalt mij al jarenlang erg goed. De gever geeft dan altijd het gewenste model, en bovendien neem ik ze allerlei budgettaire kwesties uit handen, het is immers voor een goed doel!
BeantwoordenVerwijderenVolgens mij voldoen al mijn wedstrijdbolides aan de kwalificatie 'sjompen', spoilers en spiegel zijn toch overbodige ballast! Een aantal zijn zelfs voorzien van een nieuwe verflaag omdat ze er niet meer uit zagen.
Leuk gevonden Hein. Elke auto mag zolang er iets aan mankeert.
BeantwoordenVerwijderenหนังตลก