Ieniemienie
Marcus Goetz heeft voor een regelrechte doorbraak in de slotracerij gezorgd. Dat gebeurde op vrijdag 31 oktober 2014 even na 22 uur bij Amazingslotcarracing in Tweede Exloërmond. Er was weer een bont gezelschap bijeen die avond en behalve onverstaanbaar Drents, hoorde je Frans en een paar kromme varianten Engels. Ook veel ‘fuck’ hier en daar! Het punt was namelijk dat snoodaard Alphons te D. eerder die week onze baan had afgehuurd voor een bedrijfsuitje. Door dat gerag van die amateurs lag er zoveel rubber op de baan dat de grip fenomenaal was. Ik zelf dacht in eerste instantie dat er wat mis was met mijn Mosler, maar clubgenoot Raymond (winnaar van de 24 uur van Zuidwending in 2013, had al mopperend in zijn eigen onverstaanbare taaltje zijn Mosler opengeschroefd. Om te ontdekken dat er niks mis was.
Behalve dat wij
natuurlijk heel hard rijden om de eer, de glorie en de eeuwige roem, trachten
wij zulke problemen al doende op te lossen. Met een
pincet pulkte Marcus een stukje kevlar van een spoiler uit het slot in een
bocht waar hij (en ik ook) voortdurend uitvloog. Een ieniemienie-stukje
weliswaar, maar toch! Nee, dat kon het niet zijn. Later concludeerde ik dat het
niet de auto’s waren, maar de baan. Die was niet glanzend glad, maar dof en dus
kei-stroef. Grip in jargon. Aangezien wij van alles verzinnen om onze bandjes
grip te geven (olie, schildersplakband, schuren, lijmen) werden wij verrast
door het feit dat die vermaledijde grip nu ook van onderaf kwam.
Het probleem van Raymond
werd hierdoor ook veroorzaakt. Hij noemde het stotteren, maar door de ongekende
grip en zijn nogal agressieve rijstijl stuiterde zijn Mosler als een eend over
de baan. Dat krijg je als er sprake is van torsie. Anders gezegd: de motor probeert
zelf te draaien in het chassis. Dat is
overigens geen nieuw probleem, want een bekend slotcarfanaat heeft ooit al eens
ontdekt dat dit verschijnsel prima bestreden kon worden met de sluitinkjes van
de broodzakken van Albert Heijn.
Welnu, die kunnen vanaf
nu gewoon met de zak worden weggegooid, omdat Marcus ontdekte dat er in de
motorsteun van NSR twee ieniemienie-gaatjes zitten waarin je twee ieniemienie-
schroefjes kunt draaien zodat het hele motorblok onwrikbaar in het chassis zit.
De vraag is nu waarom hij
dat ontdekt heeft en niemand eerder op deze aardbol. Dat komt omdat hij een
Zwitser is. Op een deel van de racebaan ligt daarom de Zwitserse vlag “opdat
wij buitenlanders dat niet vergeten”. Vreemd genoeg op een deel dat zo vlak is
als een pannenkoek, zodat meteen duidelijk is dat hij de bergen wel, maar zijn
achtergrond niet vergeten is.
Naast kaasfondue (Astérix
chez les Hèlvetes) zijn Zwitsers ook goed in ieniemienie-dingetjes. Denk aan die
ouderwetse analoge horloges die niemand meer wil dragen. Zwitsers hebben
kennelijk oog voor detail, respect voor de kleine dingen. Geen wonder dus dat
hij die twee ieniemienie-gaatjes ontdekte, maar ook weet waar je die ieniemienie-schroefjes
kunt vinden. In de laptop. Bij voorkeur van je vrouw. De Zwitser in Marcus omschrijft zaken graag
met gebruikmaking van het woordje ‘ieniemienie’, vermoedelijk ontleend aan die
kleine muis uit Sesamstraat. De fondue-logica is nu dat hij ook gek is op
katten. Ik bespeur ook hier ook enige torsie. Ieniemienie, maar toch!
Hein Tunnissen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten