zondag 30 augustus 2015

Lappenmand

Hein Tunnissen
Lappenmand

Hoe belangrijk de vrouw in het leven van een slotcarracer is, bleek ons, de leden van Amazingslotcarracing.nl te TE, maar weer eens toen 24-racer Fokko met ernstige verwondingen werd uitgeschakeld na een ongeval. Gelijktijdig werd Markus ook geraakt door een akkevietje, zodat er op een vrijdag ineens NIET werd geraced. Dat was in de hele historie van de club nog niet voorgekomen, zodat ook de reglementen en onze statuten geen uitsluitsel konden geven op de vraag: Wat nu? Moet het koffiezetapparaat om 20.00 uur uitgeschakeld worden of toch nog door laten asfalteren tot 22.00 uur? Melkpoederstaafjes terug in de koelkast of gewoon op tafel laten staan voor de snuivers onder ons? Tja, lastig!
Onze jongens uit Delfzijl zaten vermoedelijk nog aan het enige strandje van Groningen, rechts naast het Eemshotel, bij wijze van vakantie met hun tenen krabbetjes te vangen, terwijl Markus door drukke bouwwerkzaamheden was geveld, schrijver dezes op vakantie was en Erik weer eens onvindbaar, hoewel zijn Bassie&Adriaan bolide in Alteveer bij de speelgoedwinkel werd gesignaleerd, ditmaal zonder hulp van Burgernet. Kortom, het was een stille bedoening in het clubhuis van Amazingslotcarracing te TE. Maar dat Fokko er niet was, was achteraf beschouwd toch wel het ernstigste feit van deze samenloop van omstandigheden. Watske beurt?
Met een collega wilde hij een stalen paal naast een rotte hekpaal zetten, zulks ter ondersteuning van de laatste. Collega klimt op ladder, een blok van 6 ton met zich meesjouwend om die paal de kop in te slaan. Trap valt om, collega dondert van trede, heiblok valt op hand van Fokko die de paal vasthield. Ai,ai,ai! Nu vraagt iedereen die Fokko kent waarom hij niet met de blote vuist die stalen paal in één klap de Drentse oergrond in heeft gejaagd, maar vermoedelijk heeft hij de collega niet voor het leven willen frustreren. Enfin, tal van botjes gebroken, flinke ritsluiting en de hand in een soort zeugenband om het ellendige geheel wat te ondersteunen.
In het geniep van ons rovershol waagde hij het later wel te bekennen: hij durfde die vrijdagavond  met het kersverse verband rond zijn hand niet tegen zijn vrouw te zeggen ‘Kom, ik ga maar eens naar TE om effekes wat te racen!’ Dát zat er even niet in en wij wisten onmiddellijk dat onze onfortuinlijke coureur hier een zéér juiste beslissing had genomen.
Tegenover deze stille vrijdag stond een bezoekje van een coureur die wij eerder mochten verwelkomen. Hij testte indertijd, maar dat is alweer jaren geleden, onze baan op zijn merites en aangezien hij toevallig toch in Assen was wilde hij even langs komen. Het was zaterdagavond en het was zondagochtend toen hij weer vertrok. Markus in zijn nopjes en dat is wel begrijpelijk als een beroemd coureur dat hele takke eind naar TE aflegt om op jouw baan te komen racen. En dat het een hele snelle baan is, bleek maar weer eens want na een paar rondjes al werd er bijzonder agressief gereden en zakten de tijd rap naar 7 seconden en dat is op een 45 meterbaan een hele knappe prestatie. Daar kwam nog bij dat er een aparte rijstijl aan de dag werd gelegd, namelijk die van volgas naar vol in de remmen en daar dus niks tussen. De koning van deze scheurstijl is onze jonge vriend Raymon die aldus per avond vlot een versnellingsbak aan gort rijdt. Alles voor de overwinning, natuurlijk.
Inmiddels is het leed weer geleden. Onze vrouwen hebben ons weer opgelapt en vertroeteld en er is zelfs alweer een clubavond van Amazingslotcarracing te TE geweest, waarbij het gonsde van activiteit en gezelligheid. Het werd dan ook later en later, waarbij Markus goedmoedig een oogje dichtkneep, waarbij ik in het midden wil laten of dit een kwestie van gedogen was of een gevolg van de staalsplinter die hij uit zijn oog had moeten laten boren! Brrr, deden alle leden na het horen van dit griezelige verhaal. Dan nog liever met één fikse klap naar het hiernamaals. Je bent coureur of je bent het niet!

zondag 23 augustus 2015

Ik vertrek!

Hein Tunnissen
Ik vertrek!
Mijn vrouw die veel, zo niet alles in ons huis te zeggen heeft, opperde laatst het plan om na mijn pensioen in Spanje te gaan wonen. Het had net weer een paar dagen heftig gestormd en geregend rond ons huis ten gevolge van die vermaledijde Hondsrug, zodat ik het door haar opgeworpen balletje wel kon billijken. Er was ook werkelijk geen zak aan om naar buiten te gaan, nog afgezien van het feit dat je zeiknat werd. Toen zij haar opmerking richting de stoelen en banken plaatste, kwam ik net terug van onze warme zolder waar ik een paar slotcars had geprepareerd voor de aanstaande clubsessie van Amazingslotcarracing, want ik ben de mening toegedaan dat je ook wat voor je hobby over moet hebben.
Omdat ik mijn werk en voorbereidingen voor NSR succesvol had afgerond, had ik wel even tijd om naar haar te luisteren en desgewenst hardop met haar mee te denken. Ze vond ons aanstaande vertrek eigenlijk al geen discussiepunt meer; het was meer de vraag wat ik zou doen als zij dagen achtereen in de zon zou liggen. Goed punt, van haar! Maar omdat ik net was teruggekeerd van Circuit Zolder, wist ik meteen de oplossing: ik bouw tegen de achtergrond van de blauwpaarse contouren van de Sierra Nevada een buitenbaan voor mijn Slotracehobby waarop ik naar hartenlust kan racen zonder dat ik om de haverklap wordt gehinderd door een kind met alweer een lekke band of zoiets.
Ik zag het meteen helemaal zitten. Lekker autootjes repareren in de schaduw op de veranda, glas Ricard erbij en buiten onder de sinaasappelboom een machtige mooie houten baan in onze grote tuin waar gelukkig toch niks wil groeien anders dan wat grote rotsen, zodat je ook geen tijd hoeft te verdoen met onzinnig geschoffel en gehark.
Zegt mijn vrouw, die soms nog scherpzinniger is dan ik, onverwacht: “Je zou die baan ook kunnen bouwen op de nieuwe veranda van Markus en Tineke zodat jullie met de club ook een beetje in de buitenlucht kunnen racen, want die veranda is toch veel te groot om avond na avond met zijn tweetjes te zitten. En verdomd, daar had ze wel een punt. Mynouk (van de taarten) en haar broer Mike (7,2 seconden staande start) staan al regelmatig klaar op de rand van het ouderlijk nest om uit te vliegen en wat dan? De veranda in kwestie is zo groot als een gemiddelde etage in de Amsterdamse Pijp (of iets groter) en je kunt er vergif op in nemen dat Markus met de oude binnenbaan binnen handbereik niet avond na avond met Tineke op die immense houten vlonder gaat zitten knietje vrijen. Allicht niet.
Het plan is er dus. Dan kan de rest niet lang op zich laten wachten: Amazingslotcarracing Outdoor en daarmee zijn we in Nederland dan absoluut uniek. U werpt nu tegen dat dit zielig is voor Tineke? Welnee, ze hebben namelijk ook nog een hele grote witte pagodetent met een immens loungebankstel dat wordt bewaakt door geglazuurde hardstenen leeuwen (oid) waar zij zomaar kan gaan zitten zonder dat zij gestoord wordt als zij van ons gestoord wordt.
En als de directie van Amazingslotcarracing.nl deze blog toevallig niet leest, dan zal ik dit geweldige plannetje van mijn vrouw eens zachtjes op hun vergadertafel kieperen. Wat dachten jullie van dit geweldige idee? Helaas voor mijn vrouw natuurlijk als dit doorgaat, want dan ga ik niet mee naar Spanje. Tja, het leven is kiezen! Maar ik zal haar wel missen natuurlijk, na al die jaren van huwelijksgeluk. Misschien kan ik het goedmaken door te zeggen dat ik dan onze kinderen een beetje in het oog zal houden. Het lijkt mij een mooie toezegging die heel bruikbaar is voor meerdere leden van de slotcarracebranche, want je kunt pas echt racen als je vrouw achter je staat.
Sterker nog: anders is het snel afgelopen met die kleine macho-autootjes!

zondag 16 augustus 2015

Hella

Hein Tunnissen
Hella
Net teruggekomen van vakantie, waarbij ík natuurlijk weer dat hele stuk naar Centraal Frankrijk moest rijden en mijn vrouw alleen maar achteraf hoefde te zeggen wanneer ik in haar ogen rechtsaf had moeten slaan, kreeg ik via de Pakjesman een pakketje van onbekende herkomst. Vreemd! Ik had niks besteld en ik had voor mijn kinderen niks betaald. Het kwam van Hella.
Geachte heer, wij hebben uw blog gelezen en bijgaand sturen wij u voor uw Renault Alpine A310 een kaartleeslamp zoals die indertijd door rallyrijders werd gebruikt. Daarmee blijft uw wagen authentiek!
In de doos zat een lamp op een beweeglijke slang met aan de voet een handige schakelaar die kennelijk ook verlicht was zodat je hem in het donker gemakkelijk kon vinden. Typisch Hella! Minder praktisch was het formaat, want met de lamp kon je moeiteloos het bureau van Freddie Heineken verlichten en die inschatting kan ik maken want toevallig bezit ik die schrijftafel.
Hoe dan ook, de PR-gadget van Hella, hoe goed ook bedoeld, was wat groot voor mijn Gitane-karretje, schaal 1:32. Maar dat dondert niet, het is namelijk de bedoeling dat je als journalist vooral wat schrijft over dit soort ongevraagde toegezonden spullen. Hopelijk een beetje positief, bij voorkeur niet al te negatief. Wat zal ik er van zeggen? Het is een prachtig lampje en ik ben erg blij dat die blogspotterij dan toch eindelijk ook iets oplevert behalve applaus. Misschien monteer ik m wel naast mijn racebaan, als een bureaulampje bij het toetsenbord waarmee ik de computer bedien voor de tijdwaarneming. Dankjewel Hella!
Verlichting bij racebanen is overigens wel een heikele kwestie. Zo ook bij Amazingslotcarracing te TE. Laatst is een bocht die toch wel erg te lijden had onder invallend duister, opnieuw uitgelicht met behulp van een staande schemerlamp (Halo, geen Hella) uit de huiskamer, waardoor het aantal ongelukken met fatale afloop drastisch is afgenomen. Iets soortgelijks herinner ik mij van de baan in Drachten, waar ook wel enige punten zijn aan te wijzen die zwaar te lijden hebben onder onoverzichtelijkheid en schemering. En op YouTube is het beslist een zeer veel voorkomend euvel. Een soort brommende muis die in halfduister rondrent zonder dat je kunt zien waarnaar het beest op weg is. Vaak zijn die banen het resultaat van nijvere huisvlijt, veel analoog knip- en plakwerk en onwaarschijnlijk veel doorzettingsvermogen. De eigenaars zijn in mijn optiek onverbeterlijke Knutsel-Pimmetjes, die veel liever met hun figuurzaagje zitten te pielen dan knoerthard er op los racen met helemaal voor die baan geprepareerde autootjes.
Om die sukkels testauto’s te sturen (bij wijze van PR), hopend op een verkoopstimulerende recensie, is boter aan de galg gesmeerd. Nee, als je als leverancier van Slotcars echt iets wilt beleven, dan moet je een flinke doos met auto’s en voldoende reserveonderdelen, banden etc richting Tweede Mond (Zuiderdiep 240A, 9571 BN Tweede Exloërmond, 06-40557268, info@amazingslotcarracing.nl zenden. Gegarandeerd dat er op vrijdagavond een test wordt gereden waarbij dat sarcastische rondhobbelen van TopGear kleuterwerk zal blijken te zijn. Nadien verschijnt op blogspot.com een recensie die de verkoopcijfers naar ongekende hoogte zal opjagen, in ieder geval de naamsbekendheid van de leverancier tot ver over de landsgrenzen zal oprekken. Zo weten nu vrijwel alle Japanse liefhebbers van slotracen wie Klaas Bos in Putten is. Dit allemaal dankzij deze blog. Tel uit je winst!
Het testteam dat uw gewaardeerde pakje op de pijnbank zal leggen bestaat uit Markus, Erik, Fokko en scribent dezes. Daarnaast zullen wij altijd een gast uitnodigen, vergelijk TopGear, die met een Lada van Chinese makelij onze baan mag sarren. Die uitkomsten leggen we dan naast elkaar zodat er enige diepte in onze tests ontstaat waar de lezer ook wat aan heeft. Slotcars in de 24-klasse kunt het beste op een pallet meteen opsturen naar collega Fokko (zelfde adres).


zondag 9 augustus 2015

Racepace

Hein Tunnissen
Racepace
Alleen als je het ooit hebt meegemaakt, ken je de betekenis van het begrip. Grappig is dat het iets is waarmee zelfs Google nauwelijks uit de voeten kan. Tachtigduizend hits, maar nergens een adequate omschrijving of vertaling. Ik las ‘racesnelheid’ en dat is wel heel erg minimalistisch vertaald. Wel begrijpelijk want het begrip schuurt tegen het onderbewuste aan en een coureur die in zijn nopjes is met zijn racepace op een bepaalde dag, kan er evenmin de vinger opleggen waarom het op dat moment zo subliem gaat. Alles klopt! En dan bedoel ik ook werkelijk alles!
Vermoedelijk is het een toevalstreffer die je een heel eind kunt sturen door kunst en kunde, maar is er ook wat geluk nodig om een echte racepace te beleven. Het overkwam mij onlangs. Halverwege de avond vloog ik plotsklaps over de baan en alles ging super. Alsof uitvliegers niet bestonden. Achter mij en dankzij de racepace niet veel later vóór mij, vlogen mijn collega’s om het hardst uit de bochten, ook op plaatsen waar normaal gesproken niemand de vangrail opzoekt. Vriend Erik vloog zo ter hoogte van de kortste tunnel ter wereld bijna over de rand van de baan en de razendsnelle oranje Ford Lotus, fabricaat Fleischmann en opgetuned*) te Vledderveen (NL) bleef maar net met een achterwiel aan de vangrail hangen alvorens met een klap de diepte in te storten. In de verte wapperde de Zwitserse vlag in stilte en dat zegt wel wat over de diepte van de kloof waarin onze coureur dreigde te kukelen. Terwijl iedereen nog stil was van de schrik, reed ik onverdroten verder en ik zag in het voorbijgaan nog net kans om het lullige Vettel-vingertje op te steken waarvan ook nog nooit iemand begreep wat hij met dat gebaar bedoelt. Het viel mij op dat het ongeval mij niet raakte en dat mijn racepace bleef zoals die was.
Daarna had ik eigenlijk alleen maar met Fokko te maken die helemaal in love is met de 24-klasse en die er een heidens genoegen in schept  om met zijn metalen onderstel plesticrijders zoals ik in het bochtje behendig uit de baan de tikken. Tikje gas op het juiste moment en het zwiepertje legt de Mosler gegarandeerd naast de slotbaan. Maar mijn racepace was zo goed dat ik het moment niet afwachtte en gewoon koelbloedig gas terugnam om hem vervolgens op het rechte eind vrolijk voorbij te spuiten. Markus die het tafereeltje vanwege een gekwetst oog vanuit de coffeecorner gadesloeg, riep dan opgewekt: “Nu op drie rondjes!”
Ik moest er wel een beetje om lachen, want ik had helemaal niet de bedoeling om iedereen de oren te wassen. Eigenlijk was ik de hele avond met verschillende auto’s aan het prutsen omdat ik, net teruggekomen van vakantie, nogal wat herstelwerkzaamheden had laten liggen. Die varieerden van een loslopende schuimband tot een stroef draaiende achteras door aangekoekt vuil in combinatie met opgedroogde cardanolie. Maar omdat ik ook wel even lekker wilde scheuren nam ik dus mijn oude Mosler uit de kist en zette hem plompverloren op de baan.
Toen klopte alles. Tussen mijn oren, de grip, de baan, de afstelling van de auto en de afstelling van mijn Slot-It regelaar. Gek genoeg wist ik het meteen: dit is mijn moment. Ik kon doen wat ik wilde. Soepel passeren zonder de daaropvolgende bocht (onvermijdelijk) er zelf uit te knallen. Welnee! Beheerst remmen en daarop weer voluit accelererend verder rijden. Eerlijk, je waant jezelf een held. Je hebt goud in je handen, je denkt dat je alles kunt. Dat je de oceaan kunt besturen, de maan kunt dirigeren of zelfs alles tegen je vrouw kunt zeggen zonder dat ze je om de oren slaat.
Racepace leidt tot euforie. Amazing! Iedereen gegund, dat zeg ik er meteen bij. De fine fleur van de slotbaanracerij; je moet het meegemaakt hebben om het begrip te kunnen doorgronden. Op zo’n avond mag je naast je schoenen staat en zelfs allerlei onzin uitkramen.
*) Uitdrukking van Raymond Senna te Ees

zondag 2 augustus 2015

Zot of gek!

Hein Tunnissen
Zot of gek!

Redacties krijgen vaak telefoontjes van zotten. Of gekken. Die zien ze dan vliegen! Kom gauw, roepen zij dan, hier vliegt een UFO! Of ze zien Russische vliegtuigen boven Walcheren scheren! Dat laatste kan, want als ze in Volkel of op die andere luchtmachtbasis Leeuwarden weer eens lekker aan het toepen zijn,  vergeten ze soms in het vuur van het spel ons luchtruim te bewaken. In dat laatste geval heb je niet met een zot te maken, maar met een wakkere Nederlander. Met dit soort dingen moet je als redacteur allemaal rekening houden, want als je je vergist en de primeur gaat bijvoorbeeld naar het Brabants Dagblad, dan heb je de hoofdredacteur van de PZC wel wat uit te leggen.
Zo zat ik laatst een ontzettend saai verhaal te redigeren dat ook nog zo slecht geschreven was dat ik mijn toetsenbord maar alvast in de meest gemene rode kleur had gezet die maar denkbaar is. Wat een enorm zeik verhaal, was dat! Toen ging de telefoon: Allo? Allo? C’est Jean-Luc Thérier! Daarna een stortvloed van verontschuldigingen die mij de tijd gaf om vast te stellen: gek of stapelgek? Nu moet u weten dat Thérier een vermaard Frans rallyrijder was die in 1973 andere rallyrijders op een gruwelijke manier de oren waste in een Renault Alpine A310. Ik dacht hij wil natuurlijk meedoen met de Grasbaanraces van Ter Apel of zoiets. Je ziet dat wel vaker; helden die afzakken naar het ultieme regionale niveau. Zo trad hier laatst in Roswinkel of all places, de wereldberoemde George Baker op. Toegang: 2 euro! Enfin, dat was het allemaal niet, het ging om mijn blog over mijn Autodroom Renault Alpine A310. Zijn auto zogezegd!  Samen met navigator Jacques Jaubert reed hij keer op keer naar goud.
Ik nam de gok en zei: “Qui est à l’appareil? Vous êtes Monsieur Thérier?” Zoals iedere Fransman was hij ontzettend blij dat ik een beetje Frans sprak, want omdat de Fransen zelf nauwelijks een woord over de grens spreken, gaan zij uit verlegenheid al gauw een beetje bot doen. Speciaal naar Nederlanders die behalve met een enorme zak aardappelen ook altijd met een karrevracht vooroordelen de grens oversteken om zich vervolgens gedurende twee of drie weken zo onbeschoft mogelijk te gedragen. Vooral op de péage in hun geliefde Opel Kadett.
Ik mocht Jean-Luc zeggen en ik bedacht me dat dit een heel lastig verhaal zou worden naar mijn hoofdredacteur. Hij belde om mij erop te attenderen dat zijn Gauloises-uitvoering van de Renault Alpine A310 geen acht koplampen had, maar tien, de mistlampen in de bumper niet meegerekend. Ik wist het en antwoordde dat al om de drommel niet was meegevallen om die acht ledjes er in te prutsen, laat staan om die twee losse units ook nog van licht te voorzien. Ja maar, wierp Jean-Luc tegen, dat was het nou juist: het waren vooral die twee lampen die zo’n geweldig licht gaven en dat die vondst van Renault nadien door alle andere merken werd gekopieerd, maar dat niemand had begrepen dat die lampen niet naar voren moesten schijnen maar naar de bermen. Compris?
D ‘accord Jean-Luc, allemaal goed en wel, maar een slotcar met 8 koplampjes is al te zot voor woorden, laat staan tien waarvan er ook nog twee de berm verlichten. Maar goed, ik zal kijken wat ik kan doen. Ik bel je als het geregeld is, maar ik had er een hard hoofd in want het was onder dat kapje al behoorlijk druk met allerlei elektronische componenten en ik had het idee dat er niet veel meer bij paste. Van de andere kant: Voor deelname aan een Classic Cup®, systeem Frank Slot, moet je er toch bergen lood in pompen om aan het gewenste treingewicht van 80 gram te komen, dus waarom dan niet nog een paar lampjes?
Merci, Henri, merci! Ik lees het wel in uw blog! Oh ja, nog een verzoekje van Jaubert: of U ook een extra verstelbaar kaartleeslampje zou kunnen monteren? Want navigeren in ’t duister: een helse klus!
Doei, Jean-Luc! Je bent gek!